TAAKSTELLINGEN EN DOELEN

VERKLARENDE WOORDENLIJST
BIJ DE CURSUS
aanhanger:

iemand die in een plaats blijft of zich met een andere persoon of groep verbindt enz., speciaal in de hoop of verwachting er zelf beter van te worden.

aan het lijntje houden:

handelen met de bedoeling om iets of iemand te vertragen om tijd te winnen of ander voordeel te behalen.

absolute minimum:

absoluut betekent volstrekt; helemaal, zonder beperking. Minimum betekent de laagst mogelijke hoeveelheid of graad van iets. De term absoluut minimum betekent dat je slechts het zichtbare item of de zichtbare actie hebt en verontachtzaming van de eerdere items of acties die wel bijdragen maar niet zo duidelijk zichtbaar zijn. Als men het item of de actie nog net iets meer zou verminderen dan zou er helemaal niets meer zichtbaar zijn.

actieplan:

een reeks van nauwkeurige, haalbare doelstellingen voor de komende dag of week die in lijn zijn met de strategische plannen van een individu of groep.

affiniteit:

liefde, houden van of een andere emotionele houding; de mate van houden van. De basisdefinitie van affiniteit is het idee van afstand, hetzij in goede, hetzij in slechte zin.

baksteen laten vallen, als een:

plotseling stoppen ergens aan te werken of iets plotseling loslaten, zoals men zou doen met een voorwerp dat zo onprettig of mogelijk gevaarlijk is als een pas gebakken baksteen die net uit de hete oven komt.

basissalaris:

een bedrag dat iemand wordt betaald in ruil voor z'n diensten. Een basissalaris wordt dikwijls betaald met dien verstande dat er meer wordt uitbetaald als specifieke doeleinden bereikt worden.

bestormen:

het plotseling en met groot geweld aanvallen of innemen van een locatie, vooral een goed verdedigde.

Bestuurlijke schaal:

een schema dat een volgorde (en relatieve belangrijkheid) geeft aan onderwerpen die betrekking hebben op organiseren: doelen, doelstellingen, beleid, plannen, projecten, opdrachten, ideale situaties, statistieken, waardevolle eindproducten. Al deze dingen moeten gecoördineerd worden om succesvol een bepaald vooropgesteld doel te bereiken. Dit schema wordt gebruikt om alles op één lijn te krijgen.

boeken:

registratie van de gelden die door een bedrijf zijn uitgegeven en ontvangen.

buitenpost:

een militaire basis met een kleine troepenmacht, die gelegerd is op een plek ver van de hoofdmacht, en die aangewezen is om een bepaalde plek of gebied te bewaken.

bureaucratie:

een bestuurlijk systeem waarin de noodzaak of neiging om ingewikkelde procedures te volgen effectieve actie belemmert.

communicatie:

een uitwisseling van ideeën tussen twee individuen door ruimte.

communicatielijn:

de lijn of route waarlangs een communicatieboodschap van de ene persoon naar de andere reist.

confronteren:

onder ogen zien zonder een spier te vertrekken of te ontwijken. Het vermogen om te confronteren is in feite het vermogen om er op je gemak te zijn en waar te nemen.

crediteuren:

personen of bedrijven aan wie men geld verschuldigd is.

drijfveer:

een drijfveer is een drang tot voortbestaan op een bepaald gebied van het leven. Er zijn acht drijfveren: de eerste, zelf; de tweede, seks en het gezin; de derde, groepen; de vierde, de mensheid; de vijfde, levensvormen; de zesde, het fysisch universum; de zevende, spirituele wezens; en de achtste, het Opperwezen.

flanken:

zijkanten.

flop:

een volslagen mislukking zijn; falen.

fraude:

persoonlijk gebruik van gelden of goederen die aan iemand zijn toevertrouwd door anderen, zonder dat zij ervan weten of er toestemming voor hebben gegeven.

gradiënt:

de geleidelijke benadering van iets, stap voor stap, niveau na niveau, waarbij het volbrengen van elke stap en het behalen van elk niveau op zichzelf vrij gemakkelijk is, zodat uiteindelijk erg moeilijke, gecompliceerde activiteiten betrekkelijk gemakkelijk kunnen worden volbracht. De term gradiënt is ook van toepassing op elk van de stappen die bij een dergelijke benadering worden genomen.

Grieks theater:

een openlucht bouwsel om toneelspelen te bekijken. Griekse theaters werden gebouwd met gebruikmaking van natuurlijke hellingen. Een zitgedeelte van stenen banken langs de heuvel omlaag en onderin een ronde plek waar de opvoering plaats vond.

Haven van Boston:

Boston is de hoofdstad van Massachusetts, gelegen aan één van de grootste natuurlijke havens aan de oostkust van de VS. De haven werd flink gebruikt voor scheepsbouw en gerelateerde activiteiten gedurende de Tweede Wereldoorlog. Maar men liet de faciliteiten achteruitgaan in de direct op de oorlog volgende jaren, zonder grote renovaties tot het eind van de twintigste eeuw.

hordes:

grote groepen of menigten.

klantenkring:

de klanten van een professionele organisatie of firma, die als groep worden beschouwd.

komen terug op:

van idee veranderen over iets dat men overeenkwam of beloofde te doen.

korporaal:

een onderofficier in diverse krijgsmachtonderdelen.

krot:

een kleine, ellendige woning.

manoeuvre(s):

elke beweging of procedure bedoeld als een vakkundige stap in de richting van een doel, zoals dat gebeurt bij militaire- of marine-eenheden die zich verplaatsen of van positie veranderen om zich in de juiste positie te bevinden om de vijand te treffen.

materieel:

alle dingen die gebruikt worden of nodig zijn in een bedrijf, voor een activiteit (apart van het personeel).

ontsporen:

niet meer normaal en correct functionerend. Het woord verwijst naar een trein die van het spoor is geraakt en dus letterlijk van het spoor is.

organiseerbord:

een bord dat alle functies, taken, volgorde van handelingen en de hiërarchie van een organisatie laat zien. Een organiseerbord laat het patroon van organiseren zien dat nodig is om een product te verkrijgen.

parlement:

de wetgevende macht van Nederland en diverse andere landen. Parlementen zijn samengesteld uit gekozen of soms ook niet-gekozen vertegenwoordigers.

regiment:

een permanente militaire eenheid die meestal bestaat uit 800 tot 2000 grondtroepen.

Scientology:

Scientology is een praktische religie die te maken heeft met de studie van kennis, die door middel van de toepassing van haar technologie wenselijke veranderingen teweeg kan brengen in iemands leven. Zij is in iets meer dan dertig jaar ontwikkeld door Dhr. L. Ron Hubbard. De term Scientology komt van het Latijnse scio (weten in de meest volledige betekenis van het woord) en het Griekse woord logos (studie van). Scientology wordt verder gedefinieerd als de studie en behandeling van het spirituele wezen in relatie tot zichzelf, universa en andere levensvormen.

steenklei:

steen gemaakt uit klei en stro en gedroogd in de zon.

stelregel:

een bondig geformuleerd principe of gedragsregel of de formulering van een algemene waarheid.

suite:

een reeks kamers, ontworpen om gezamenlijk te gebruiken.

technologie:

met technologie wordt gedoeld op de toepassingsmethoden van een kunst of wetenschap in tegenstelling tot louter de kennis van de wetenschap of kunst zelf. In Scientology, refereert technologie naar de toepassingsmethoden van Scientology principes om de functies van het verstand te verbeteren en om de potentiële vermogens van het spirituele wezen te rehabiliteren, ontwikkeld door L. Ron Hubbard.

terminal:

alles wat een communicatie kan ontvangen, doorsturen of verzenden. Het begrip komt uit de elektronica waar een pool [Engels: terminal] een van de twee vaste punten is, waartussen een stroom van energie vloeit. Een voorbeeld hiervan is een auto-accu die twee contactpunten (terminals) heeft waarbij de energie van de ene pool naar de andere vloeit. In Scientology worden twee personen die communiceren, terminals genoemd omdat communicatie tussen hen stroomt.

uit de puree halen:

uit de moeilijkheden of problemen krijgen.

uit-punt:

een toestand of iets waaruit blijkt dat iets verkeerd, niet juist of afwezig is.

Veluwe, de:

streek in Gelderland.

vijfjarenplan(nen):

een plan voor nationale economische of industriële ontwikkeling met specifieke doelstellingen voor een periode van vijf jaar.

Wereldtentoonstellingen:

een van de verschillende publieke shows waar verschillende landen hun culturele, industriële, landbouwkundige en wetenschappelijke producten laten zien. Wereldtentoonstellingen presenteren ook nieuwe methodes voor transport, architectuur, energievoorziening enz., als gevolg van voortgang in technologie.

zeden:

de gewoontes, sociaal gedrag of morele waarden van een specifieke groep.